Pi-jassen 1993-2002


1993



In 1993 waren wij voor het eerst met carnaval in een optocht te vinden. Onder de zeer wazige naam "Fristi Oase" reden we met +/- 15 binken mee in de optochten van Casteren, Hoogeloon en uiteraard de Kempenoptocht in Hapert. De wagen omtrent het vernieuwde carnavalsgebeuren in Casteren werd gebouwd in de schuur van Toon (de toenmalige prins) en Toos de Mulder. De bouwervaring binnen de groep was niet echt groot dus we probeerden met alle mogelijke middelen een creatie in elkaar de boetseren. Met hout en karton werd een frit woagentje in elkaar gezet waar we allemaal apentrots op waren. Deze trots kwam naar boven toen we op zaterdagmorgen voor de optocht in Casteren na 100 m openbare weg met de achterkant finaal tegen een boom aanknalden waardoor een heleboel mensen flink uit hun vel sprongen (waaronder carnavalsgoeroe Hugo Jansen).


1994



In 1994 was onze groep door smeerpraktijken in de ouwe Europaclub op zaterdagavond, uitgegroeid tot ongeveer 25 personen (binken en binkerinnen deze keer). De naam "Fristi Oase" werd snel overboord gegooid en tijdens een openbare vergadering op de speelplaats van het Pius-X-college besloten we onze naam om te dopen in "Pi-Jassen". Ook nu mochten we de schuur van Toon en Toos bewonen en werd voor het eerst betonijzer gebruikt. De circusvoorstelling van dit jaar hoort in de categorie: we-hebben-een-idee-maar-wat-voor-spreuk-moeten-we-erbij-bedenken wagen thuis. Uiteindelijk kwam de kreet: "Mee carnaval lopen er veel zotten rond mer dees circusvolk maakt het echt te bont" uit de bus. Het zottenaspect kwam voldoende naar voren maar de straten waren duidelijk te smal voor het onmogelijk mee te sleuren spreukbord. Alleen in Hoogeloon konden we zonder problemen meerijden omdat het publiek niet op de weg maar achter de geraniums naar de optocht stond te kijken.


1995



In 1995 maakten we weer een sprong vooruit door over een zelfrijdend onderstel heen te bouwen. Wil de Mulder had nog wel een oude autotrek-jeep staan die op vakkundige wijze werd gestript en volgelast met onhandelbare ijzerprofielen. Ondanks het geringe aantal zwaargewichten binnen onze groep besloten we het thema "Fijn aan de lijn" uit te beelden. Een grote autobus met daarop een vissende, ietwat gezette man werd vanaf de tekening gedriedimensionaliseerd tot carnavalswagen formaat. Dit jaar reden we op zondag voor het eerst mee in de optocht van Bladel. Dit tot onvrede van sommige gevestigde carnavalsgroepen uit Bladel e.o. die bij de gedachten aan Casterse concurrentie al bijna in een kliniek opgenomen moesten worden. Voor ons was het een leukere optocht om mee te lopen dan in Hoogeloon omdat we al jaren in Bladel op stap gingen en de groep veelal uit niet Casterse bestond waardoor de binding met Hoogeloon zeer gering was. Na een fantastische carnaval was het geen enkel probleem om tijdens het afbreken van ons afval af te komen aangezien Peerke de Mulder elk attribuut wat enigszins te versjouwen was naar papa's garagebox versleepte.


1996



In 1996 komt de grote omslag en komen we op de carnavalswagenbouw landkaart te staan. Vol goede moed beginnen we te bouwen op het inmiddels vertrouwde adres. We weten voortaan de voederzakken en knècht (lees heftruck) van Toon vakkundig te omzeilen en optimaal gebruik te maken van de beschikbare ruimte. Ook Toon neemt duidelijk verschillen in de manier van bouwen waar en hij bejubelt meerdere malen het gebruik van "dè kwastje" (lees bokkenpoot) en omschrijft ons doel naar perfectie als "verrekte nauwkekkers!". Uiteindelijk komt er de best afgewerkte wagen uit onze geschiedenis op straat wat wordt onderschreven door het gebruik van twee lagen WC-papier als afwerking (kicken he Piske!). Ook door de jury in Hapert wordt dit gezien en we eindigen met "Carnaval vliegt voorbij" (mede dankzij het liedje "Laat maar waaien" van Pater Moeskroen) tot onze eigen stomme verbazing als eerste in de Kempenoptocht!!! De dagen hierna zijn we compleet van de kaart (copyright vriendengroep Dooland 2000) en tevens den droad kwet (copyright vriendengroep Dooland 1999) en genoten we nog lang na van dit succes.


1997



In 1997 wordt de groep weer wat uitgebreid (niet door geboorte overigens) en gaan we aan de slag met hydraulisch aangedreven bewegingen. Op een oud vliegtuiglaad- en loswagentje proberen we weer iets moois in elkaar te zetten. Ook wordt er meer aandacht besteed aan de loopgroep en worden er voor het eerst themapakken ontworpen. Christian Slinger krijgt de kortste en meest nietszeggende bijnaam aangemeten, namelijk "5" en Adri Wigman wordt voorgoed tot "Piske" omgedoopt. Namen die tot heden voor velen nog steeds als gangbaar door het leven gaan. Met het thema "Wij geven carnaval een kleurke" behalen we voor het eerst in de historie de wisselbeker van Casteren!!! (+publieksprijs in Kempenoptocht). Toon en Toos zijn voor het laatste jaar onze gastheer en -vrouw en bij deze bedanken we hun voor al het bouwplezier in de schuur en de extreme verwennerijpraktijken in de keuken des huizes.


1998



1998 was het jaar van de grote wisseltruc. De Dagschotels, voormalig wagenbouwers beginnen met een loopgroep en nemen hun intrek in de schuur van Toon en Toos. Wij verhuizen naar de Dagschotelresidentie bij Jan van der Aa. Tevens schenken de Dagschotels hun wagenoverblijfselen aan ons wat betuigt van een toekomstgerichte instelling van onze voorgangers. Voor iedereen is het even wennen; andere schuur, een veel groter onderstel, een gigantische berg hydrauliek, verder van de friettent enzovoorts. Ook voor Jan is het even wennen want wat heeft hij nou weer voor vlees in de kuip gekregen. Het gewenningsproces is maar van korte duur want de gastvrijheid van Jan en niet te vergeten Lies zorgt ervoor dat we snel de draad oppakken (halve copyright vriendengroep Dooland 1999) en beginnen aan de grootste wagen uit onze geschiedenis. De evolutie zet zich voort wat vooral tot uitdrukking komt in de herontdekking van een eeuwenoud agrarisch gebruiksvoorwerp: de kniebak. Het tempo van zakken snijden gaat zo drastisch omhoog dat er bijna een extra schuur gereserveerd moet worden voor de opslag van dit waardevolle plek basismateriaal. Verder komt het technisch vernuft van Jan in de vele conversaties goed van pas om problemen die wij met ons onpraktisch denken veroorzaken door hem simplistisch worden getackeld. In moeilijke momenten vinden we onze steun bij oppergod Leo! die dit jaar het levenslicht ziet en veelvuldig bedankt wordt. Het thema "Mee carnaval komen wij boven water" met bijbehorende wagen en loopgroep is weer goed voor de eerste prijs in de Kempenoptocht (+ publieksprijs) wat betekent dat we de wisselbeker voorgoed in onze prijzenkast mogen stallen (vanaf 1999 nieuwe wisselbeker gemeente Bladel i.p.v. Hoogeloon).


1999



In 1999 besluiten we nog één keer met hydrauliek aan de slag te gaan en daarbij kwam de deskundige hulp van J. van D. natuurlijk weer goed van pas. We proberen het gebruik van het "Mee carnaval" principe in de spreuk te doorbreken en kiezen voor het krachtige thema: " 'T is een kouw kunstje". Achteraf was dit een goede keuze aangezien onze spreuk meerdere malen bij officiële gelegenheden tijdens carnaval aan het grote publiek door kenners voorgedragen werd. Dit jaar hadden we in mijn ogen een perfecte loopgroep (met fantastisch geluid). De voorkant van de wagen kwam echter veel te kort door de gigantische rij boxen en de twee thermometers? aan de zijkant (de achterkant kon dit verlies niet voldoende goed maken). Later bleek dat er in februari nog nooit zoveel ijs verkocht was waardoor we het jaar daarop zeker een sponsoring van " 't ijsboerke" tegemoet kunnen zien.


2000



Zonder sponsoring van 't ijsboerke maken we in 2000 een nieuwe start in de schuur van Peter en Toos Maas. We verhuizen het onderstel en aanverwante artikelen vanuit de hai bij Jan van der Aa (bedankt Jan!) naar het centrum van de Parel van de Kempen. De schuur is heel anders van opzet; een stuk korter en lager maar wel veel meer ruimte aan de zijkant. Dat komt op zich goed uit want we zijn van plan om wat kleiner te gaan bouwen. Opvallend is dat het vergruisde kacheltje van Harrie Swaanen weer met open armen wordt ontvangen door de groep. De multifunctionaliteit van het gebruiksvoorwerp als warmteverstrekker en maaltijdbereider wordt dagelijks op de proef gesteld. Voor het eerst wordt ook vloerbedekking als basismateriaal gebruikt. Op voorhand hebben we geen flauw idee wat de mensen van de wagen en uitbeelding gaan vinden maar we zijn 't er wel over eens dat het een echte Pi-Jassen bak gaat worden. Met carnaval overtreft hij de stoutste verwachtingen. In Casteren, Bladel en de Kempenoptocht in Hapert behalen we met het idee "Wij stemmen alles af op carnaval" de eerste prijs. De nieuwe wisselbeker gaat voor het eerst mee naar Casteren!!!


2001



Waar moet het heen in 2001? Na het ultieme succesjaar 2000 gaan we dit jaar met frisse zin beginnen aan onze 9de wagen. Na het groepsgebeuren van vorig jaar willen we nu de wagen op zich, wat meer volume geven. Na enige tijd bouwen komen we erachter dat het zeker geen kattenpis is om de wagen af te krijgen, zeker i.t.t. vorig jaar. Na wat stressperikelen en democratisch overleg zetten we de neuzen dezelfde kant op en gaan we er opnieuw voor! Het vorig jaar nog bejubelde kacheltje wordt nu totaal verwaarloosd en het staat hulpeloos in een met spinnenwebben overwoekerd hoekje te wachten op een klein beetje aandacht. Dirk en Maya zijn niet van de partij omdat zij in de optocht van Johannesburg meerijden dit jaar. Via het world wide web worden zij echter op de hoogte gehouden van de stand van zaken in de Pi-Jassen schuur. Na 3 optochten maken we opnieuw de balans op: Casteren 1, Bladel 1, Kempenoptocht 1 + publieksprijs. Wie had het over "Opgewekt mee carnaval?"


2002



Voor het tiende jaar kruipen we de schuur in en na het superjaar 2001 willen we nu weer eens iets anders proberen. De wagen met loopgroep moet een soort continue proces worden waarbij de wagen en loopgroep elkaar in een soort van kringloop letterlijk voeden in het geval van "We hebben de smaak te pakken". De wagen wordt ook iets robuuster waarbij de nodige details niet ontbreken waardoor er voor het publiek steeds opnieuw iets te ontdekken valt. Tijdens de optocht wordt er gesmuld van de vele maaltijden die restaurant bij de Pi-Jassen te bieden heeft. Vooral de "Kip-optocht" vindt gretig aftrek. Het recycle-effect komt duidelijk naar voren als er vanuit de container achter op de wagen de etensresten uit de loopgroep door het bekwame keukenpersoneel weer worden opgewaardeerd tot 4-sterren voedsel. Dit voedsel wordt na een finishing touch in het keukenlijf weer verkocht aan de restaurantbalie. In Casteren en Bladel behalen we voor de derde achtereenvolgende maal de eerste prijs. In Casteren betekend dit het definitief mogen stallen van de wisselbeker grote praalwagens van de Bollemeppers, en daar zijn we trots op! Tijdens de KempenOptocht in Hapert behalen we een verdienstelijke tweede plaats waarbij later opvalt dat de jury het niveau van de optocht niet volledig op waarde geschat heeft.

Op naar het elfde jaar!



Gilles GigaBite productions ©